Het doel dat ik met nascholing beoog is om bij te dragen aan de kwaliteit van onze dokters. Ik geloof in levensecht onderwijs. Daarbij probeer ik in de huid van de ander te kruipen. Als dokter deed ik dat bij (ouders van) mijn patiënten en als trainer doe ik dat bij deelnemers. Wat voor hen belangrijk is, daar gaat het om. We proberen als duo (onderwijskundig en geneeskundig) de deelnemers echt te helpen. Daarbij zijn voorbeelden waar zij in hun dagelijkse praktijk tegenaan lopen onmisbaar. Idealiter kunnen zij de volgende dag meteen hun nieuwe verworvenheden toepassen. De training begint altijd met de verwachtingen van de deelnemers. Tijdens training bieden hen handvatten hoe met soms lastige situaties om te gaan. Tegelijkertijd proberen we hen ook te inspireren en uit te dagen.

We proberen de grenzen van hun comfort zone op te zoeken: ‘En nu zit ik tegenover je en nu ben ik degene die je feedback wil geven, wat zeg je dan?’ We gebruiken rollenspelen, ik kijk vooral ook naar body language, naar hoe ze elkaars gedrag spiegelen. Daar krijgen ze feedback over, van ons als trainers en van elkaar. De deelnemers moeten echt aan de bak. We geven hen veel ruimte en gaan daarbij goed in op hun vragen. De omgeving is veilig. Niemand is feilloos natuurlijk en fouten maken mag.

Ik probeer alle namen zo snel mogelijk te kennen. Alle deelnemers komen aan bod. Iedereen wordt erbij gehaald. Soms geef ik terug aan de groep: ‘Hoe komt het dat je dat dat niet doet?’ Het is de dag van de deelnemers. Zij bepalen hun eigen succes. Daarbij helpen we hen als begeleiders. Ze leren van feedback geven en feedback ontvangen. Door er steeds zelf mee aan de slag te zijn. Ik ben doelgericht en vooral dankzij de deelnemers lukt het mij om ook mijn eigen doel te bereiken: bijdragen aan verbetering van de kwaliteit van onze dokters.