De uitdaging is om mensen met relatief weinig kennis van het onderwerp toch voldoende handvatten te geven om adequaat te reageren als er sprake is van een wegraking. Dat is wat Gert van Dijk met humor en een passende structuur doet. Hij weet de 500 aanwezige huisartsen bij Vorderingen en praktijk continu te activeren. Hij reduceert het theoretisch kader tot datgene wat nodig is voor hun dagelijkse praktijk. Hij heeft een casus. Hij laat een filmpje zien. De deelnemende huisartsen krijgen de rol van ooggetuigen. Hij stelt vragen over de casus, over de diagnose, hij geeft daarbij de antwoorden die de deelnemers in hun huiswerkopdrachten hebben gegeven. Hij laat zien dat niet iedereen de juiste diagnose stelde. Hij legt in een paar stappen uit wat de aanpak is; hij vertelt wat wel werkt en wat niet. En aan de conclusie verbindt hij vaak een grap. Zo komt hij tegemoet aan alle leerstijlen van zijn publiek. Dat maakt dat hij een 4,9 scoorde voor zijn bijdrage aan deze Vorderingen en praktijk, de jaarlijkse tweedaagse cursus van Boerhaave Nascholing voor de huisartsen.

Eenvoud betracht hij in zijn uitleg, in de manier waarop hij zijn dia’s vorm geeft, in de spreektaal die hij gebruikt - hij houdt niet van Engelse termen - , in de concrete vragen die hij stelt. Wat hem daarbij helpt is zijn inlevingsvermogen. Hij weet precies wat de huisartsen willen leren en hoe hij hen aan het lachen krijgt. Anderen hebben hem ook daarbij geholpen. Hij moest zijn verhaal inkorten waardoor hij nog meer tot de kern is gekomen. Tegelijkertijd is zijn verhaal ook interessant voor deelnemers met meer voorkennis, omdat hij aansluit bij wat ze al weten en omdat hij hen weer op een andere manier activeert met gecompliceerde casussen, concrete praktijktips en in de rol van ooggetuige. Op die manier leert Gert van Dijk de deelnemers stap voor stap hoe ze adequaat een diagnose kunnen stellen bij een wegraking.