De heer Otten was vroeger zelf huisarts. Dit is altijd van invloed geweest op zijn latere functioneren als KNO-arts. Hij nam patiënten voor behandeling over, maar verwees hen, zodra dat kon, weer terug naar de huisarts. Zo kon hij zijn specialistische kennis op maat aan de huisarts aanbieden. Deze kennis deelt hij graag met huisartsen. Daarom maakte hij recent voor de huisartsencursus “Vorderingen en Praktijk” van 2014 een interactieve KNO-quiz. Hij creëerde een wachtkamer met KNO-ziektebeelden, waarvan de meeste huisartsen weet hebben maar niet altijd de volledige kennis bezitten. Dit triggert naar zijn mening de huisarts. De inhoud van deze vragen baseerde hij op grond van doorverwijzingen die hij door de jaren heen als KNO-arts in zijn praktijk onder ogen had gekregen. Het was geen wedstrijd. Een fout of goed antwoord was niet erg, want na elk antwoord volgde een korte toelichting en een eventuele tip om in de dagelijkse praktijk dit probleem zelf op te lossen. Op deze wijze hoopte hij de huisarts interactief in korte tijd veel praktische kennis over te dragen. Dit sloeg blijkbaar aan, gezien het feit dat hij van de cursisten een zeer hoge beoordeling voor deze quiz kreeg. Het maken van de vragen vond de heer Otten niet eenvoudig, waarbij het er om gaat op het kennissnijpunt van het net wèl of net nìet weten te balanceren. Hierbij moet de huisarts het gevoel hebben van ; “Ik moet het eigenlijk wel weten, maar...” Hij vindt het ‘gewoon’ leuk om dat te doen. Het maken van een goede quiz kost echter tijd. Hoewel hij het lastig vond, heeft hij bij de 600 deelnemers van de cursus “Vorderingen en Praktijk” de spanning weten vast te houden, waarbij hij ook gebruik maakte van animaties in zijn powerpoint-presentatie. Hij werkte tijdens zijn KNO-quiz als het ware samen met zijn auditorium de wachtkamer leeg. Het moest boeiend blijven. Hij heeft door de jaren heen regelmatig les gegeven. Hij is in het verleden universitair hoofddocent in het LUMC alsmede B-opleider geweest . ”